Een belangrijke exponent van cognitieve psychologie is de in 2013 overleden Chris Argyris. Hij was sociaalpsycholoog, hoogleraar aan de Harvard Business School en grondlegger van stromingen in de organisatieleer die we aanduiden als organisatieontwikkeling en de lerende organisatie.
Argyris stelt dat wat we feitelijk doen, wordt aangestuurd door wat hij noemt ‘theory-in-use’. Het is een ‘natuurlijk’ besturingsprogramma dat vrijwel automatisch en in fracties van seconden reacties genereert en in die zin vergelijkbaar is met wat Daniel Kahneman het systeem-1-denken noemt.3 ‘Theory-in-use’ is verantwoordelijk voor wat we in de praktijk doen. Dit in tegenstelling tot ‘theory-espoused‘, waarin voornamelijk datgene wat we ons voornemen en de wijze waarop we denken over onszelf naar voren komt. Argyris onderscheidt binnen de ‘theory-in-use’ een ‘model I’ en een ‘model II’.
Model I
Het zijn de regels van model I die een vorm van gedrag stimuleren dat in het algemeen als volwassen sociaal gedrag wordt gekenmerkt. Een belangrijke karakteristiek van dit gedrag is de neiging om de situatie in de hand te hebben en te houden. Met name in omstandigheden die bedreigend of onaangenaam zijn. We bereiken dat door aan de winnende hand te blijven, geen onenigheid te veroorzaken, negatieve gevoelens bij onszelf en anderen te onderdrukken en onze competentie niet in twijfel te laten trekken. Model I-gedrag is letterlijk ons levenswerk. We hebben dit namelijk van kinds af aan opgebouwd. Het is ons bijgebracht tijdens de opvoeding door onze ouders en later door de steun vanuit allerlei organisatorische verbanden zoals school, sportclub, de kring van vrienden en collega’s, et cetera.
Model II
In Argyris’s ‘theory-in-use (model II)’ staat voorop: Het streven van mensen te zoeken naar zoveel mogelijk geldige informatie. Op basis van die informatie weloverwogen beslissingen nemen. Verantwoordelijkheid nemen voor die beslissingen en het bijbehorende leer- en veranderproces. Overigens zal vermoedelijk ieder van ons de hiervoor genoemde uitgangspunten propageren en veelal in de veronderstelling verkeren ze na te leven. De werkelijkheid, zeker in lastige situaties, is echter anders. We tenderen ongemerkt naar het gebruik van de regels van ‘theory-in-use (model I)’ en de kloof tussen denken en doen.
Single loop en double loop learning
‘Single loop’ en ‘double loop learning’ Leren vindt plaats als een discrepantie optreedt tussen wat met een actie wordt beoogd en wat aan feitelijke consequenties van die actie zichtbaar wordt. We spreken van single loop learning als we de discrepantie trachten te dichten door onze acties te veranderen. Dit heeft beperkt en slechts tijdelijk effect. Duurzaam veranderen treedt op als er sprake is van double loop learning, waarbij we de verandering laten aangrijpen op de eigenlijke oorzaak van de discrepantie. Model I verhindert double loop learning, omdat het overwegend defensief en competitief is en daardoor een eerlijke evaluatie van de eigen motieven en strategieën in de weg staat. Model II stimuleert double loop learning en leidt tot ontwikkeling en groei.
Behavioural audit
Een behavioural audit (BA) is een neutraal en deugdelijk onderzoek dat erop is gericht inzicht te krijgen in het gedrag van organisatieleden en daarover te rapporteren met als doel het duurzaam beïnvloeden van het sociaalpsychologische klimaat en de cultuur van de organisatie. Vragenlijsten en oppervlakkige interviewmethoden laten mensen rapporteren over hun ‘theory-espoused’. Met een BA proberen we met onderzoekende, reflectieve gesprekken en gedragsobservaties de echte drijfveren van de betrokkenen boven tafel te krijgen. In een BA zijn we op zoek naar de regels die verantwoordelijk zijn voor het denken en doen van de mensen in de organisatie. Het betreft diepte-interviews waarbij we de respondenten door geavanceerde interviewtechnieken stimuleren na te denken over hun werkelijke motieven en laten rapporteren over hun theory-in-use. De verzamelde onderzoeksgegevens worden volgens de traditie van het kwalitatieve onderzoek geanalyseerd. Het analyseresultaat wordt in verhaalvorm in een zogenaamde validatieworkshop voorgelegd aan de betrokkenen. Iedereen die als respondent aan de audit heeft deelgenomen, wordt voor deze workshop uitgenodigd. Vervolgens voeren de deelnemers naar aanleiding van het verhaal een dialoog over wat er werkelijk aan de hand is in de organisatie en geven zij daar een betekenis aan. Als auditors faciliteren we deze dialoog en het proces van betekenisverlening. Door de diepgang van het verhaal en de wijze van faciliteren ontstaat een proces van double loop learning dat uiteindelijk resulteert in duurzame verandering.
De actie theorie van Chris Argyris vormt een van de uitgangspunten van een behavioural audit. Het volledige artikel kan je downloaden in de bibliotheek (eerst registreren en/of inloggen!). Neem contact met ons op voor meer informatie.